I810 Maria Mulkhuijse: verschil tussen versies
Uit Mulckhuijse
(→Openingsakte) |
(→Opschrift) |
||
Regel 46: | Regel 46: | ||
===Opschrift=== | ===Opschrift=== | ||
− | C:S:V:Kerkwijk G:?:?:Devirieu | + | Voor Schepenen ondergeschreeven |
+ | |||
+ | Compareerde Jan van Hemert en Maria Mulkhuizen | ||
+ | Egte Lieden, hun verstand wel magtig en gebruiken- | ||
+ | de zoo als ons schepenen uitterlijk bleek, en | ||
+ | verklaarden in 't binnenste van dit besloote | ||
+ | papier door ons schepenen met onze Cachetten | ||
+ | verzegled, vervat en begreepen te zijn, haar tes- | ||
+ | tament, laatste en uitterste wil, willende | ||
+ | en begeerende dat het zelve na dode van de | ||
+ | Eerststervende van haar beide, geopend, van kragt | ||
+ | zijn en nageleeft worden zal, zoo en gelijk daar | ||
+ | in geschreeven staat, verklaarende daar toe gebruikt | ||
+ | te hebben, een competent Quartiers zegel. Actum | ||
+ | den 6 junij 1798 | ||
+ | |||
+ | C:S:V:Kerkwijk G:?:?:Devirieu | ||
+ | ===Testament=== | ||
===Testament=== | ===Testament=== |
Versie van 13 apr 2008 om 15:32
Familie
Ouders:
Broer/zus:
Testament
Archief Bommerlerwaard, archiefstuk 185/1670
Openingsakte
In de klantlijn:
A. zegel 4. ??
met een roode (doorgehaald) groene zijde draad toe- genaaid en met derschepe(doorgehaald) vier van (doorgehaald) Cachetten verzegeld.
Hoofdtekst:
Voor Schepenen ondergesz: Compareerde Jan van Hemert weduwenaar van wijlen des- zelves huisvrouw Maria Mulk- huisen, en verzogt exhibitie, openening, en registratuir van zodaane testamentaire dispositie als hij Comparant op den 6. Junij 1798. met wijlen voorn: zijne huisvrouw voor Schepenen dezers Gerichts in besloote forme heeft gemaakt en gepasseert, welk testament door onzen secretaris zijnde voorgebragt, hebben wij hetzelve bevonden | gansch gaaf, ongevi- teerd en ongecancelleert te zijn, en nagedaane opening van Woord tot Woord te luijden als volgt, Actum den 17 Junij 1803. Vanderheijden ????virieu
Opschrift
Voor Schepenen ondergeschreeven Compareerde Jan van Hemert en Maria Mulkhuizen Egte Lieden, hun verstand wel magtig en gebruiken- de zoo als ons schepenen uitterlijk bleek, en verklaarden in 't binnenste van dit besloote papier door ons schepenen met onze Cachetten verzegled, vervat en begreepen te zijn, haar tes- tament, laatste en uitterste wil, willende en begeerende dat het zelve na dode van de Eerststervende van haar beide, geopend, van kragt zijn en nageleeft worden zal, zoo en gelijk daar in geschreeven staat, verklaarende daar toe gebruikt te hebben, een competent Quartiers zegel. Actum den 6 junij 1798 C:S:V:Kerkwijk G:?:?:Devirieu